woensdag 19 februari 2014

Strobilanthes atropurpurea – Trompetkruid

Strobilanthes atropurpurea – Trompetkruid

Soms is het leuk om een onbekende vaste plant even onder de aandacht te brengen. De Strobilanthes is zo’n plant die ik wel eens tegen kwam bij een vaste planten kwekerijtje. Hij is niet erg bekend onder de vaste planten in Nederland, hoewel het een ideale plant is voor de vaste planten border. De naamgeving van de geslachtsnaam kan ik moeilijk omschrijven, letterlijk betekent het bloeiwijze gelijkend op de dennenkegel. Wel krijgt hij na de bloei bruine puntvormige vliesachtige zaaddoosjes, misschien heeft hij daarom deze geslachtsnaam gekregen. De soortnaam is makkelijker verklaarbaar, donkerpaars en refereert aan de bloeikleur. 

Er bestaan ongeveer driehonderdvijftig soorten van het geslacht Strobilanthes.
Hij behoort tot de Acanthaceae (Acanthusfamilie), kenmerkend aan deze familie zijn de lipvormige bloemen en meestal behaarde en getande bladeren. Van de winterharde Strobilanthes –soorten bestaan kruipende, rood bonte, hoge en lage soorten.
De meeste soorten zijn tropisch, een deel kan tegen de vrieskou. De Strobilanthes atropurpurea is afkomstig uit Siberie en is bij ons winterhard. Hij kan wel anderhalve meter hoog worden en bloeit in de zomer/ nazomer.

Zijn blad lijkt op die van de Symphytum (Smeerwortel), behaard en hartvormig.
Het einde van de scheut bestaat uit twee blaadjes recht tegenover elkaar, met daarboven de bloemsteel. De bloemsteel bestaat weer uit kleinere bloemsteeltjes, ook weer recht tegenover elkaar met daaraan de donkerpaarse lipvormige bloemen. Bijen en hommels zijn gek op de nectar van deze bloem, de meeste imkers zijn dan ook bekend met deze plant. De Strobilanthes atropurpurea gedijt op bijna elke grondsoort, zelfs op de kleigrond. Hij houdt niet van natte voeten, bij vorst kunnen hierdoor de wortels kapot vriezen. Het is een makkelijke vaste plant, zon of half schaduw, die zich tevens gemakkelijk uit laat zaaien.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten