woensdag 19 december 2012

De kerstboom

De kerstboom

Kerstbomen zijn tegenwoordig te koop in talrijke soorten en maten, maar welke staat er eigenlijk bij u in de huiskamer? De versierde kerstboom is een oude traditie die bekend is bij bijna alle culturen. Wij weten allemaal dat kerst iets te maken heeft met de geboorte van Jezus Christus, maar heeft de boom daar ook iets mee te maken. Er gaan verscheidene verhalen over de boom waar ik me niet teveel over uit ga weiden.

Soms ziet men de appel terug in de versiering van de boom, dit heeft te maken met de herdenking aan Adam en Eva. De ballen in de boom waren vroeger van glas en dienden als afschrikmiddel tegen boze geesten en heksen. Verder bestond de versiering uit bloemen en lekkernijen. Bes -dragende twijgen, zoals de Hulst, stonden voor de vruchtbaarheid. De Germanen zijn alleen een uitzondering geweest in de keuze van de boom, zij verlichtten de Eik (Quercus) en vierden zo de kortste dag. Een andere traditie, het verbranden van de kerstboom, werd meestal gedaan voor de warmte als de boom niet meer nodig was.
Pinus
Abies
Picea
Over de hele wereld is de kerstboom een groenblijvende boom, sommige landen gebruiken zelfs Palmen of Bananenbomen. Van oudsher worden de Picea (Spar), Abies (Zilverspar) en de Pinus (Den) het meest gebruikt als kerstboom.
Zij vallen allemaal onder de Dennenfamilie (Pinaceae), een grote familie binnen de Coniferen. Heel soms wordt de Douglasspar (Pseudotsuga) ook wel eens gebruikt, hoewel wij deze exoot niet graag in onze bossen terug zien. Ik denk ook dat de Conifeer als kerstboom gekozen is, vanwege de heerlijke geur. De naam Pinus, ook wel Pijnboom genoemd, komt uit het Latijn en betekent spits of stekend.
Picea betekent ook stekend in het Grieks, in het Latijn is dit een hars die gebruikt werd voor het maken van pek. De naam Abies betekent heel eenvoudig spar in het Latijn.
De Picea en de Abies zijn het moeilijkst van elkaar te onderscheiden, maar daar zijn hele handige ezelbruggetjes voor. Over het algemeen zijn de naalden van de Abies iets zachter. Om deze twee gemakkelijker van elkaar te kunnen onderscheiden, wanneer men een naaldje van de Picea aftrekt gaat er een stukje bast mee, een soort vlaggetje blijft er dan aan zitten. Bij de Abies blijft een rond bladmerk achter op de bast en dat kan men ook terugzien op het naaldje. De kegels (appels) van de Picea hangen aan de boom, die van de Abies staan rechtop. De Abies valt overigens iets minder snel uit dan de Picea. De prijs van de boom hangt meestal af van de groeisnelheid, natuurlijk heeft het ook te maken met vraag en aanbod.
Hieronder een paar bekende soorten die verkocht worden in Nederland.

De Picea abies is een klassieke/standaard soort en wordt ook wel de Fijnspar genoemd. Hij heeft fijne naaldjes die kort op elkaar zitten. Valt vrij snel uit in de huiskamer en is één van de goedkoopste.

De Picea omorika, Servische Spar, is iets grover dan de Picea abies en zijn naaldjes zijn aan de onderkant wit. Omorika is een Servische naam voor Spar.

De blauwe soort van dit geslacht is de Picea pungens, de Blauwspar. Pungens betekent puntig, de roodachtige twijgen vallen op door de blauw/ grijze gloed van de naaldjes.

Tegenwoordig een hele bekende, de Abies nordmanniana, zijn naaldjes staan vrij breed uit en staan bijna haaks op de twijg. Hij is te herkennen aan zijn fris groene kleur. Overigens een langzame groeier en vernoemd naar een Finse directeur van een botanische tuin.

Abies procera, de Edelspar, heeft zijn naam te danken aan zijn slanke opgaande groeiwijze. Zijn naaldjes met een blauw/ grijze gloed staan als een halve ronding om de twijg heen.

Als laatste de Abies nobilis, Edele Zilverspar, lijkt een beetje op de Abies procera. Alleen zijn naaldjes staan iets naar boven gekruld, waardoor zijn witte huidmondjes aan de onderkant van het naaldje opvallen. Nobilis betekent dan ook edel in het Latijn.

Het liedje ‘oh Dennenboom’ heeft een beetje verwarring gezaaid in het kerstbomenverhaal. Wij denken dat het over een Dennenboom gaat, de Duitsers denken hier anders over. In het Duits heet dit liedje ‘oh Tannenbaum’, maar Tanne is de Duitse naam voor Spar.

woensdag 12 december 2012

Philodendron erubescens

Philodendron erubescens

Ik vond nog enkele foto’s van een paar jaar terug waar mijn Philodendron iets kleiner was. Hij is nu wel drie keer zo groot. Het is bij ons een vrij bekende kamerplant die in veel soorten en maten te verkrijgen is. Er bestaan meer dan driehonderd soorten die in drie groepen verdeeld kunnen worden.
De meeste soorten zijn klimmers en beginnen vanuit een boom. Andere klimmers beginnen vanuit de grond en zoeken kruipend een boom om zich omhoog te werken. De overige soorten uit de Philodendron groep zijn weer struikvormend vinden houvast door middel van lucht/ steun wortels.
Philodendron erubescens nu
Philodendron erubescens toen
Het leuke van de naam Philodendron is dat dit in het Grieks ’bomenvriend’ betekend, of letterlijk boom beminnend. De Philodendron is eigenlijk een epifyt en de boom wordt alleen gebruikt als huisvesting. Klimmers die zich in de boomtoppen ontwikkelen, gebruiken hun luchtwortels eerst als steun. Naar mate de plant groter wordt, groeien de luchtwortels naar beneden en fungeren dan als ondergrondse wortels. De luchtwortels kunnen zich net als de Hedera hechten aan een boom, tevens kunnen deze wortels ook water en voedingsstoffen opnemen.

De Philodendron komt uit de Aronskelkenfamilie (Aracaea) en heeft dan ook deze karakteristieke bloeiwijze. De bloem is een kolf die bestaat uit een schutblad of bloeischede met binnenin de bloei aar. Deze bestaat uit mannelijke en vrouwelijke bloemen, de mannelijke bloemen zitten bovenaan. Opmerkelijk is dat de bloem binnenin warmte produceert, waarschijnlijk is dit om insecten aan te trekken. Misschien heeft u wel eens een stukje gelezen in de krant over de Penisplant (Amorphophallus) die in bloei stond. Deze plant hoort ook bij de Aronskelkfamilie en staat erom bekend dat hij tijdens de bloei zo vreselijk stinkt. De Philodendron geeft ook een amoniakachtige geur af en trekt zo insecten aan. Vooral keverachtige komen hier op af, vooral omdat de bloem feromonen afgeeft.
Door een eerder bezoek aan een andere bloem, zijn er mannelijke pollen aan het insect blijven kleven. Het insect kruipt tot onder in het warme deel van de bloem waar de vrouwelijke bloemen zitten. Zo ontstaat er kruisbestuiving, de bloem is dus niet zelf bestuivend.
Bloem Philodendron erubescens
Na de bestuiving sluit het schutblad, om de zaden te laten rijpen. Wanneer de zaden rijp zijn en er bessen zijn ontstaan, scheurt het schutblad open. De bessen worden gegeten door insecten, apen en vleermuizen. Het aparte van deze bessen is dat ze een banaanachtige smaak hebben. Overigens is de rest van de plant giftig, in het Amazone gebied worden de bladeren gebruikt om vissen mee te bedwelmen.
De plant heeft nog iets eigenaardigs om zichzelf te beschermen. Hij bevat nectar producerende klieren waar mieren op af komen. Deze mieren beschermen hem tegen schadelijke insecten. 
Hecht/ luchtwortels
Philodendron scandens
Philodendron scandens
De Philodendron is een uitstekende kamerplant, u moet er alleen rekening mee houden dat hij veel ruimte nodig heeft. Hij houdt van water en in de groeiperiode heeft hij veel voeding nodig om mooi en groot/ volwassen blad te vormen. Zijn lucht/ hecht wortels kunnen zich vastzetten in de muur, ook iets om rekening mee te houden. Terugsnoeien kan heel makkelijk, maar denk om het gom dat hij produceert. Dit blijft lang nadruppelen en is moeilijk verwijderbaar.

maandag 3 december 2012

Vaccinium vitis-idaea – Vossenbes

Vaccinium vitis-idaea – Vossenbes

De kerstdagen komen er weer aan en het vruchtje die veel bij wildgerechten gebruikt wordt, is de bosbes. Ik noem het nu wel de bosbes, maar hier is enig onderscheid in te maken. Voor degene die graag wil weten welke vrucht er gebruikt is die met de kerst op zijn bord ligt, zal ik straks de soort beschrijven.
Tijdens mijn vakantie vorig jaar in het Zwarte Woud in Duitsland, heb ik de Vaccinium vitis-idaea gefotografeerd die in overvloed hoog in deze bergen groeit. We hebben het nu over de Vossenbes, de Engelse benaming, of Rode Bosbes, de Scandinavische benaming. De naam Bosbes wordt gebruikt, omdat hij veel als onder beplanting wordt gezien in de bossen. Het is een sterke stuik die gevonden wordt in de koudere delen van de wereld.

Vaccinium behoort tot de Ericaceae, de Heidefamilie. Letterlijk betekent Vaccinium, koebes in het Latijn. Waarschijnlijk waren de bessen een lekkernij voor koeien die in de bergen van Griekenland graasden. We kennen allemaal de Wijnstok, in veel soortnamen zien we deze Latijnse benaming ‘vitis’ terug. Vrij vertaald betekent ‘vitis-idaea’, Wijnstok van Ida dat een eiland van Griekenland is.
De meeste soorten van de Vaccinium zijn bladhoudend, een paar soorten zijn bladverliezend. Het zijn struikjes van zo’n veertig tot zeventig centimeter hoog en zijn zeer winterhard. Ze houden van een humusrijke en zure grond, maar op voedselarme gronden gedijt hij ook prima. Op moerasachtige gronden gedijen de meeste soorten ook goed. Alle soorten zijn eenhuizig en worden bestoven door de wind en insecten. Ook kan hij zich vermeerderen door middel van ondergrondse uitlopers dat ideaal is voor een bodembedekker of voor een onder begroeiing.
Bes Vaccinium vitis-idaea
Bloemen Vaccinium vitis-idaea
De Vaccinium vitis-idaea onderscheidt zich van de andere soorten, omdat hij in plaats van vijf kelkjes per tros er vier heeft. De kelkjes zijn wit en het randje van het bloemblaadje is meestal rood om insecten aan te trekken. Na de bestuiving vormt hij groene besjes die in September/ Oktober rood beginnen te kleuren. In tegenstelling tot de blauwe bessen, zijn de rode bessen zuurder en hebben een vinnige smaak. Vaak wordt er van deze bessen compote , saus, of sap gemaakt. Vanwege de zoete smaak van de blauwe bessen, worden deze veel gebruikt in desserts. Onderstaand zal ik de bekendste soorten met zijn kenmerken kort beschrijven.

De Vaccinium vitis-idaea is een kleine struik met rode zure besjes. De Vaccinium myrtillus is voor ons de bekendste, de Bosbes. Hij krijgt kleine blauwe zoete besjes en het sap geeft een blauwe kleur af tijdens het plukken die moeilijk van je handen af gaat. Van de twee soorten die ik hier boven beschrijf bestaat een hybridisatie. Kort gezegd kunnen ze elkaar bestuiven, waaruit een hybride soort ontstaat. Dit gebeurd niet heel veel, maar de naam van dit resultaat heet Vaccinium x intermedium die blauwe bessen vormt. De Blauwe Bes, niet te verwarren met de Bosbes, wordt tegenwoordig veel geteeld in Limburg. Deze soort, genaamd Vaccinium corymbosum, krijgt grote zoete blauwe bessen. Dit soort kan het minst tegen de vorst en het grote voordeel is dat de bes niet afgeeft.
Een laag soortje en ook een hele bekende is de Vaccinium macrocarpon.
Zijn tweede naam betekent grote vrucht en men kent hem vooral onder de naam Cranberry. Deze soort kan goed tegen zilte lucht en groeit op Terschelling door toeval. Oorspronkelijk komt deze bes voor in Canada, een vat met deze bessen was aangespoeld op dit eiland en de struik bleek het daar zeer goed te doen. Hoewel de vinder teleurgesteld was in de inhoud van het vat, hij hoopte op drank, wierp dit vat dan toch zijn vruchten af. Wie de naam Oxycoccus tegenkomt bij deze naam en hiermee in verwarring komt, dit is de oude naamgeving. De Oxycoccus valt nu onder de noemer Vaccinium. Oxycoccus betekent overigens zure rode bes.
Een ander soort die zeldzaam is in België en Nederland, is de Veenbes. Voorheen was zijn naam Oxycoccus palustris en heet nu Vaccinium oxycoccus.
Humus grond Vaccinium vitis-idaea
Bekende twijgen Vaccinium vitis-idaea
Om een Vaccinium een kans te geven in uw tuin, moet men rekening houden met een paar zaken. In de klei kan men het wel vergeten, te veel kalk en hij is niet in staat om water op te nemen. Niet getreurd, het kan wel met enige aanpassingen van de grond. Wanneer u de grond vervangt door een zure potgrond en elk jaar wat compost en vermalen snoeiafval aanbrengt, kan het lukken. U bent te laat met dit onderhoud als hij zijn bladeren laat vallen in de zomer. Ik hoop dat u nu uit deze blog weet welke bes er met kerst op uw bord ligt.