woensdag 27 februari 2013

Goethea strictiflora - Goetheplant

Goethea strictiflora - Goetheplant

Soms moet je wel eens de hulp van anderen in schakelen bij het zoeken van de naam van een plant. Nadat ik ruim tien dikke plantenboeken had doorgebladerd en deze plant probeerde te determineren, moest ik de hulp inschakelen van de Botanische Tuin VU Amsterdam. Ik kreeg al vrij snel reactie en zij vertelden mij dat het over de Goethea ging. Overigens stond hij ook schitterend te bloeien in Burgers Bush. Omdat ik veel moeite moest doen om er achter te komen wat voor soort plant dit is, viel er ook weinig over te vinden. Maar de naam Goethea heeft hij niet zomaar gekregen.
Goethea strictiflora

Voorheen stond de struik die direct bloeit op het hout bekend als Pavonia strictiflora en hij behoort tot de Malvaceae (Kaasjeskruidfamilie). Onder deze familie vallen bijvoorbeeld de Hibiscus en de Lavatera die voor de meeste mensen wel bekende tuinplanten zijn. Als we de gelijkenissen gaan bekijken van deze familie, zien we dat de meesten ronde open bloemen hebben en bloeien aan het einde van een twijg.
De Goethea heeft dit helemaal niet en bloeit direct aan de stam met vlinderachtige bloemen. Wel heeft hij een hibiscusachtige stamper en meeldraden wat meestal aanduidt dat hij bestoven wordt door vogels en vlinders. De naam Pavonia stamt af van de Spaanse botanicus/ plantenkweker, genaamd Pávon. Tegenwoordig heeft hij de naam Goethea en wie de literaire werken van Wolfgang Goethe kent, de plant is naar hem vernoemd. Tijdens zijn reis naar Brazilië heeft hij deze plant ontdekt en werd zijn lievelingsplant.


De Goethea groeit in de bossen van Brazilië en is vrij zeldzaam, Wolfgang Goethe heeft ervoor gezorgd dat hij veel werd aangeplant door de plaatselijke bevolking.
Er bestaan ongeveer vijf soorten van dit geslacht, waaronder de twee bekendste de Goethea strictiflora en de Goethea cauliflora. Het is een struik die zo’n zes meter hoog kan worden, strictiflora betekent met recht opgaande bloemen. De bloeiwijze van deze plant is vrij uniek en na de bloei krijgt hij groene vruchten. Als ik kijk naar gelijkenissen van kamerplanten, denk ik aan een ouderwetse kamerplant die mijn oma in de huiskamer had staan. Heel soms nog verkrijgbaar in de tuincentra en hij heeft de zelfde bloeiwijze als de Goethea, maar dan aan het einde van de twijg.
Hij heeft de naam Triplochlamys multiflora en viel vroeger ook onder de naam Pavonia. De Triplochlamys en de Goethea zijn geschikt als kuipplant, maar het blijven tropische planten. Dat wil zeggen, absoluut geen vorst en beneden de vijftien graden al naar binnen halen. De Goethea is te bewonderen in de kassen van de Botanische Tuin VU Amsterdam, gelegen tussen de hoge gebouwen van de universiteiten.

dinsdag 19 februari 2013

Aristolochia arborea - Pijpbloem

Aristolochia arborea - Pijpbloem

Tussen mijn vele plantenfoto’s kwam ik deze bijzondere plant tegen. Ik had geen idee welk soort dit was en dacht aan een cacao –achtige plant. Toen ik het bloemetje nader bestudeerde, zag ik hierin een Aristolochia kelkje. Heel apart, want de meeste soorten van dit geslacht zijn klimmers, zowel blad houdende als bladverliezende soorten. De Aristolochia arborea bloeit direct aan (meestal) de onderkant van de stam of twijgen. Zijn soortnaam zegt het al, arborea betekent dan ook boomachtig. De geslachtsnaam is iets omvangrijker, letterlijk betekent dit ‘zeer goede geboorte’. Een zuur uit deze plant, genaamd aristolochiazuur, werd vroeger veel gebruikt om weeën op te wekken of bij menstruatieklachten. Tegenwoordig is dit middel verboden, het zou slecht zijn voor de nieren en kan de ontwikkeling van de genen (DNA) verstoren.
Bloemen Aristolochia arborea
Aristolochia arborea
De Aristolochia arborea komt voor in de jungles van Midden-Amerika en is vrij zeldzaam. Net als de rest van zijn soorten, gebruikt hij zijn bloem om insecten te vangen. Het is geen insecteneter, maar hij houdt ze vast om zijn bloem te bevruchten. Wanneer het insect naar binnen treedt, naar het bloemdek en de stuifmeelkorrels, zorgen kleine haartjes in de bloem ervoor dat het insect niet meer naar buiten kan. Als de bevruchting heeft plaatsgevonden, laat hij het insect weer vrij. De bloem van de Aristolochia geeft een hele zoete geur af, waar veel insecten op af komen. Zijn vruchten zijn langwerpig rond die openbarsten als ze rijp zijn.
Aristolochia giganteum
Bloemknop/ Pijp
Aristolochia giganteum
 Aristolochia tricaudata

In de Verenigde Staten wordt de Aristolochia ook wel ‘Dutch Pipe’ genoemd, hier in Nederland noemen wij hem weer ‘Duitse Pijp’. Deze naam heeft hij te danken aan de bloemknop die lijkt op een ouderwetse rook pijp. Bij ons in de tuin wordt hij vaak verward met de Ipomea (Winde), een woekerende klimmer met ongeveer het zelfde blad. De Aristolochia is ook een woekeraar, in Nederland kennen wij over het algemeen de Aristolochia macrophylla en de wilde geel bloeiende soort, de Aristolochia clematitis. De bloeiwijze is niet echt spectaculair en zij hebben vrij kleine bloemen. Deze soorten zijn bladverliezend, maar ideaal om een wand of schutting mooi groen mee te bekleden. Er bestaan ontzettend veel soorten van dit geslacht, op de foto’s staan bijvoorbeeld nog de Aristolochia giganteum en de Aristolochia tricaudata (met drie staarten). De foto’s van de Aristolochia arborea zijn genomen in Burger’s Zoo, waar ze overigens nog veel meer bijzondere planten hebben staan.

maandag 11 februari 2013

Ananas comosus – Ananas

Ananas comosus – Ananas

Een vrucht die eigenlijk iedereen wel kent, maar wat is het voor een plant?
Zijn oorsprong is in Midden-Amerika, om precies te zijn Brazilië. Daar komt ook de naam Ananas vandaan die vertaald is uit de naam Guarani. De Ananas is een zoete vrucht en deze wordt tegenwoordig overal ter wereld geteeld. Het bladerenkroontje bovenop de vrucht geeft zijn tweede naam weer, comosus en betekent in het Latijn gekuift. Wat niet iedereen weet is dat de Ananas uit de Bromeliafamilie (Bromeliaceae) komt. Het enige verschil tussen de Bromelia -achtige en de Ananas is de groeiwijze. De Bromelia is een epifyt en de Ananas een vaste plant. Wel verkrijgen zij het water op dezelfde wijze, het water komt via de bladeren in het hart van de plant en wordt zo getransporteerd naar de ‘wortels’.
Ananas comosus
Ananas comosus
Ananas comosus
De Ananas kan men vergelijken met de aardbei, het zijn eigenlijk allemaal vruchtjes die vergroeid zijn met elkaar. Dit wordt ook wel een schijnvrucht genoemd. Hij is tweeslachtig en bevat dus mannelijke en vrouwelijke bloemen. Zelf bestuivend is hij niet, planten hebben dit in hun DNA structuur vast gelegd om het geslacht zo sterk mogelijk te houden. De bestuiving vindt plaats door de Kolibrie, net als bij de andere geslachten uit de Bromeliaceae. In de landen waar de vrucht geteeld wordt zien ze dit vogeltje liever niet. Door zaadvorming gaat de kwaliteit van de vrucht naar beneden. Helaas heb ik geen foto’s van de bloeiwijze, maar als u een Bromelia soort wel eens heeft zien bloeien, de Ananas doet dit precies zo. Uit elk schutblad komt een bloem, met hierin de meeldraden en de stamper. De schutbladeren van de Ananas zijn te herkennen aan de Honingraad structuur van de vrucht. Meestal komt er pas een vrucht als de bloem bevrucht is. Dit is niet bij alle bloemen zo en wordt parthenocarpie genoemd, vrij vertaald ‘maagdelijke vrucht’.
Eucomis bicolor
Ananas bracteatus
Ananassen worden niet gezaaid op de kwekerijen, ze worden vegetatief vermenigvuldigd. Na een paar jaar is de plant te zwak om grote vruchten te produceren. Het kuifje van deze vrucht wordt geplant en zo vindt de plantvernieuwing plaats. Misschien heeft u dit zelf wel eens geprobeerd, maar in onze huiskamers is het niet eenvoudig. Het geslacht Ananas kent niet heel veel soorten, wel veel variëteiten. Vaak wordt er gekruist om sneller groeiende en betere soorten te krijgen, denk hierbij maar aan het programma ‘De Tuinruimers’, waarin elke week nieuwe variëteiten worden gepromoot. Een kleurrijk soortje die veel in tropische kassen wordt geplant is de Ananas bracteatus, deze heeft een paarse gloed over zich. De vrucht is minder zoet en bevat veel zaden en is daardoor ongeschikt om te telen.

Verder is de Ananas een gemakkelijke plant die niet veel nodig heeft. Hij groeit bijna op elke grondsoort, het enige waar hij niet van houdt zijn natte voeten. Een andere plant die totaal niet verwant is aan de Ananas is de Eucomis, of de Ananasplant. Dit is een knolgewas en zijn bloeiwijze lijkt op de vrucht van de Ananas. Tegenwoordig verkrijgbaar in allerlei soorten en leuk om uw tuin of bloembak een tropisch tintje te geven.

woensdag 6 februari 2013

Punica granatum – Granaatappel

Punica granatum – Granaatappel

Misschien kunt u de Punica oase reclame nog herinneren, de vruchtendrank met granaatappel. Van deze vrucht wordt sap en siroop gemaakt dat veel gebruikt wordt in nagerechten en cocktails. Deze siroop wordt ook wel grenadine genoemd. De granaatappel kan men wel een koninklijke vrucht noemen, in de geschiedenisboeken en in de meeste geloven wordt hij veel beschreven. De vrucht komt oorspronkelijk uit de omgeving van Perzië en is later verspreid naar Azië en de Middellandse Zee gebieden.

De naam Punica is afkomstig uit het oude Grieks en is benoemd door de Romeinen. Zij haalden de vrucht uit het noorden van Afrika, de plaats met de naam Carthago. De inwoners van deze plaats werden door de Romeinen Puniërs genoemd. Het fruit dat zij daar vandaan haalden noemden zij Punisch fruit, omdat uit deze streek het beste fruit vandaan kwam. De granaatappel noemden zij ‘pomma punica’ dat grof gezegd de beste appels betekent. Zelfs de handgranaat heeft zijn naam aan deze vrucht te danken.
Punica granatum

















Punica granatum
Punica granatum is een bladverliezende boom die in goede omstandigheden acht meter hoog kan worden. Naarmate hij ouder wordt krijgt hij een grillige stam, daardoor prima geschikt om Bonsai boompjes van te kweken. Zijn blad is klein en smal en de uitlopende twijgen hebben een roodachtige gloed over zich.
De bloeiwijze is naar mijn mening spectaculair, in het voorjaar krijgt hij oranjerode bloemen met iets lichter gekleurde meeldraden. Omdat hij tweeslachtig is kan hij zichzelf bevruchten, er wordt ook wel gezegd dat zijn bloemen hermafrodiet zijn. Na de bloei vormt hij appelachtige vruchten met aan het uiteinde een soort kroontje. De vrucht bestaat uit cellen met daarin een zaadje omhuld door rood sappig vruchtvlees. Daar komt ook de naam ‘granatum’ vandaan en betekent korrelig met veel zaden.
Punica granatum 'Nana'

Bij ons doet hij het uitstekend als kuipplant, een beetje vorst kan hij wel verdragen. Het enige nadeel is dat de zomers bij ons te kort zijn om vruchten te kunnen vormen. Er bestaan vele cultivars van dit soort, één daarvan is de dwergvorm Punica granatum ‘Nana’. Zelf heb ik deze cultivar in de volle grond staan, in de winter verdwijnt hij helemaal en komt in het voorjaar weer te voorschijn. In een warme zomer bloeit hij aan één stuk door. Dit soort wordt niet hoger dan tachtig centimeter, ideaal voor een kleine tuin. Zijn vruchten zijn iets minder zoet dan zijn grote broer. Overigens schijnt de granaatappel een ontzettend gezonde vrucht te zijn, de zaden hebben een oestrogene werkingen en het sap bevat sterke anti-oxidanten. De naam liefdesappel heeft hij gekregen, omdat hij in de tijd van de Romeinen al gebruikt werd bij hormonale kwesties.